Het net

Het liefst raad ik een (inklapbaar) net dat desondanks wel groot genoeg is, aan. Hiervoor zijn diverse engelse netten te koop met een armwijdte van toch 90 cm - 105 cm. De reden dat zo'n net inklapbaar is dat je overal tussendoor moet kunnen lopen.

Tussen bomen, struiken, etc. is het makkelijker lopen met een ingeklapt net -dat tevens net zo snel weer uitgeklapt kan worden- dan met een lomp net dat niet eenvoudig ingeklapt kan worden.

De tas

Een (grote) rugzak moet zo veel mogelijk vermeden worden. Probeer eens een kleine, oude legertas, die je op je middel draagt en dmv een band op je schouders rust. Hierin zit een tacklebox met in ieder geval de nodige spullen: haakjes in verschillende groottes, een (paar)doosjes klein zacht lood, peilloodjes, stuitjes, stukjes rubber om op de lijn te kunnen zetten, kleine lichte dobbertjes. Warteltjes en ander klein spul kun je allemaal aanvullen en in de tacklebox stoppen. Is de tacklebox diep genoeg, dan kun je alle kleine spulletjes in een wit, doorzichtig foteroldoosje doen. Het voordeel is, als je doos een keer open valt, dat niet de hele inhoud op de grond ligt.

Het aas

Wat ik zelf altijd meeneem, is enkele soorten aas. Dit kan zijn drijvend aas, maar ook zinkend aas. Aas in de vorm van particles, boilies, brood houd ik altijd gescheiden in Tupperware doosjes. Niet alles hoeft direct mee in de tas, maar enkele soorten is toch wel handig. De soorten die je niet direct meeneemt kun je bijvoorbeeld in de fietstas of in de auto laten, zo je wilt.

De hengel

Een hengel die heerlijk doorbuigt is uitstekend om mee te vissen, vind ik altijd. Ik gebruik verschillende hengels als penhengels, en daar zitten ook 2,25 lb hengels bij! Die laatste zijn toevallig fijne hengels om mee te penvissen, en buigen bijna totdat ze rond zijn, maar hebben toch veel body, want daar is het weer een 2,25 lb hengel voor. Ze worden vooral gebruikt bij obstakelrijk penvissen: onder struiken, bij boomstronken, tussen riet- en plompvelden, en tussen het kroos.

Lichtere hengels gebruik ik uiteraard ook ,en die gebruik ik voor de meer open wateren, zonder al te veel obstakels. Is het water waar ik zit te penvissen, aan de kanten veelal omgeven door struiken en bomen, maar het water is vrij schoon, dan gebruik ik het liefst een korte hengel (11 foot) omdat dit makkelijker te manoeuvreren is. Een lange hengel zou in zo'n geval alleen maar in de weg zitten met al die takken en struiken om me heen.

De vislijn

Voor de vislijn kan ik je aanraden zachte, goed rekkende lijnen te gebruiken bij de zwaardere hengels (1,75 lb ogf zwaarder), omdat dit de stuggere buiging van de hengel weer opvangt. Ga je echter wat obstakelrijker vissen, neem dan een iets hardere lijn, die zijn wat slijtvaster en voorkomt eerder lijnbreuk. De dikte is afhankelijk van je hengel. Ik gebruik het liefst 25/00 bij mijn 1,5 lb hengel tot 30/00 bij mijn 2,25 lb hengel. Penvissen moet je niet met al te dikke lijnen doen, dit maakt je lijn wat minder "zichtbaarder" voor de vis. Een donkere of transparante lijn is aan te bevelen.

De molen/reel

De keuze is hiervoor uiteraard een eigen keuze. Zelf vis ik met beide. Echter niet alle hengels zijn geschikt voor een reel. Een reel wordt doorgaans bovenop de hengel geplaatst en een molen er onder. Is de reel linkshandig (je draait met je linkerhand), dan kun je er gewoon mee vissen zoals je gewend bent met een gewone molen. Houd er rekening mee dat de slip uitstekend werkt en zeker niet dicht staat. Bij een reel moet je er rekening mee houden dat de hngel geschikt is om met een reel te vissen. De lijn komt anders tegen je hengel aan en kan je hengel op den duur beschadigen.

De combinatie hengel, molen en lijn en aaspresentatie moet uiteraard goed zijn. De problemen die kunnen voorkomen zijn vaak te wijten aan de combinatie hiervan.